Sluiten Toegevoegd aan Mijn programma.
Sluiten Verwijderd uit Mijn programma.
Terug Home

CD 2014

donderdag 22 mei 2014 18:00 - 18:10

Contralaterale carcinomen in patiënten met gedifferentieerd schildkliercarcinoom; een frequente bevinding waarvan de klinische relevantie onbekend is.

Lodewijk, L., Kluijfhout, W.P., Kist, J.W., Stegeman, I., Plukker, J.Th.M., Nieveen-van Dijkum, E.J., Bonjer, H.J., Bouvy, N.D., Schepers, A., Wilt, J.H.W. de, Hage, J.W.A. van der, Buger, J.W.A., Ho, G.H., Lee, W.S., Shen, W.T., Aronova, A., Zarnegar, R., Benay, C., Mittmaker, E.J., Kruijff, S., Aniss, A.M., Sywak, M.S., James, B., Grogan, R.H., Hoch, G., Brunaud, L., Pandolfi, C., Ruan, D.T., Jones, M.D., Guerrero, M.A., Valk, G.D.

Voorzitter(s): P. de Rooij, chirurg, Maasstad Ziekenhuis, Rotterdam & T.M. van Ginhoven, AIOS Heelkunde, Erasmus Medisch Centrum, Rotterdam

Locatie(s): Auditorium

Categorie(ën):

Patiënten met gedifferentieerd schildkliercarcinoom (DTC) hebben een uitstekende prognose. In de behandeling van DTC, is er een trend om de ablatiedosis met radioactief jodium te verlagen of om zelfs niet te ableren. Indien een ablatie achterwege gelaten kan worden, dan wordt behandeling van DTC met alleen hemithyreoïdectomie mogelijk. Dit beleid is alleen te verdedigen in de afwezigheid van een (klinisch relevant) contralateraal carcinoom. Daarom is het essentieel om de patiënten te identificeren die een hoog risico hebben op een contralateraal carcinoom. Het doel van deze studie is om voorspellende factoren voor contralaterale carcinomen en de karakteristieken hiervan in patiënten met DTC in kaart te brengen.

Een retrospectieve studie is uitgevoerd met patiënten in 17 centra uit 5 landen. Volwassen patiënten gediagnosticeerd met DTC stadium T1b-T3N0-1aM0-x zijn geïncludeerd. Basis karakteristieken, variabelen van de echografie, PA-verslag van cytologische punctie en PA-verslag van de thyreoïdectomie zijn meegenomen in de analyses. Het primaire eindpunt was een contralateraal carcinoom.

Er werden 1424 patiënten geïncludeerd, met een gemiddelde leeftijd 47.5 jaar van wie 1049 (74%) vrouw waren. Het primaire carcinoom bestond uit 872 (61.2%) papillair schildkliercarcinomen (PTC), 384 (27.0%) folliculaire variant van papillair schildkliercarcinomen (FvPTC), 117 (8.2%) folliculair schildkliercarcinomen (FTC) en 38 (2.7%) hürthle cell carcinomen (HTC). Een contralateraal carcinoom werd gevonden in 430 (33.7%) patiënten, bestaande uit 289 (68.3%) PTC´s, 126 (29.8%) FvPTC´s, 5 (1.2%) FTC´s en 3 (0.7%) HTC´s. De sterkste voorspeller voor de aanwezigheid van een contralateraal carcinoom was ipsilaterale multifocaliteit (OR 2.9). Bovendien nam het aantal contralaterale carcinomen significant toe indien er meer histologische coupes werden beoordeeld door de patholoog, onafhankelijk van de grootte van de lobus. Van alle contralaterale carcinomen was 80% <6 mm en van deze was 99% een PTC of een FvPTC. Als het primaire carcinoom een FTC of HTC was, was in 23 van de 25 gevallen het contralaterale carcinoom een (Fv)PTC.

Concluderend, is een contralateraal carcinoom een frequente bevinding na een totale thyreoïdectomie. De meeste contralaterale carcinomen zijn occulte papillaire microcarcinomen, waarvan de klinische relevantie onbekend is.