Lange termijn resultaten van de Anaconda endoprothese bij sterk geanguleerde AAA anatomie
Rödel, C., Zeebregts, C.J., Geelkerken, R.
Voorzitter(s): L. van der Laan, chirurg, Amphia Ziekenhuis, Breda & E.D. Wiltschut, AIOS Heelkunde, Leids Universitair Medisch Centrum, Leiden
Locatie(s): Auditorium
Categorie(ën):
Endovasculaire behandeling (EVAR) van het infrarenale aorta aneurysma (AAA) is een bewezen effectieve methode voor de exclusie van een AAA met anatomische karakteristieken binnen de instructions for use (IFU). Omdat open aneurysma chirurgie bij een select deel van de patiënten met ernstige comorbiditeit weinig aantrekkelijk is, wordt EVAR ook buiten de IFU criteria zoals bij sterke infrarenale nek angulatie, ingezet. Doel van dit onderzoek is het beschrijven van de korte en lange termijn resultaten van het gebruik van de Anaconda endoprothese bij de behandeling van AAA's met infrarenale angulatie.
In totaal 9 Nederlandse ziekenhuizen participeerden in deze prospectieve cohort studie. Van 2005 tot 2011 zijn in totaal 36 AAA patiënten, 30 mannen en 6 vrouwen geïncludeerd. Inclusiecriteria waren naast de infrarenale nek angulatie ≥ 60 graden o.a. een nekdiameter van 18- 31.5 mm. Patiënten werden volgens het reguliere follow-up schema van het deelnemende ziekenhuis gevolgd.
De gemiddelde nekangulatie was 82 graden (range 60-133 graden). Primair technisch succes werd bereikt bij 30 van de 36 patiënten. Er waren 4 type 1 endoleaks waarvan 3 patiënten succesvol conservatief en 1 operatief werden behandeld. Bij 2 patiënten was er sprake van een 'adverse event' waarbij 1 patiënt uiteindelijk een open uitschakeling van het AAA onderging en de andere patiënt een femoro-femoro-poplitiale bypass kreeg. De lange termijn resultaten bij een gemiddelde follow-up duur van 40 maanden van de gehele studiegroep lieten een overall mortaliteit van 6% en een aneurysma gerelateerde mortaliteit van 0% zien. Bij 11 van de 36 patiënten was er sprake van een clinical failure, waarvan 4 patiënten (11%) een conversie ondergingen. Bij 1 patiënt met een type 1 endoleak welke endovasculair niet verholpen kon worden werd een partiële conversie verricht en de Anaconda endoprothese proximaal ingehecht. Bij 3 patiënten was er sprake van een occlusie van één aneurysma poot en bij 2 patiënten van de body. In het eerste jaar postoperatief vonden 8 van de 11 clinical failures plaats.
Het gebruik van de Anaconda endoprothese bij sterk geanguleerde AAA anatomie is mogelijk is bij geselecteerde patiënten. Wel dient de patiënt met name in het eerste jaar rekening te houden met de mogelijkheid van reïnterventies. Open AAA uitschakeling blijft ons inziens de gewenste behandelvorm bij patiënten met een lage comorbiditeit en anatomische karakteristieken buiten de IFU.