Sluiten Toegevoegd aan Mijn programma.
Sluiten Verwijderd uit Mijn programma.
Terug Home

CD 2014

donderdag 22 mei 2014 15:25 - 15:35

Endoscopisch geassisteerde component separatie techniek voor het sluiten van mediale buikwanddefecten.

Mommers, E.H.H., Wegdam, J.A., Nienhuijs, S.W., Vries Reilingh, T.S. de

Voorzitter(s): S. Nienhuis, chirurg, Catharina Ziekenhuis, Eindhoven & H.P.A.M. Poos, AIOS Heelkunde, Universitair Medisch Centrum Groningen, Groningen

Locatie(s): Auditorium

Categorie(ën):

Grote mediale buikwanddefecten kunnen worden gesloten met behulp van de Component Separatie Techniek (CST). Vanwege het grote wondoppervlak en het doornemen van de perforerende vaten rond de navel is deze ingreep geassocieerd met een hoog wondcomplicaties percentage van 32-47%. Een Endoscopisch geassisteerde Component Separatie Techniek (ECST) zou door verminderde dissectie het wondcomplicaties percentage kunnen reduceren. Daarvoor werd in een regionaal buikwandchirurgisch centrum ervaring opgedaan met deze techniek. Deze studie evalueert deze ervaring en met name het aantal wondcomplicaties geassocieerd met Endoscopisch geassisteerde Component Separatie Techniek.

Sinds september 2012 worden complexe mediane buikwanddefecten binnen een regionaal samenwerkingsverband in een buikwandchirurgisch centrum behandeld. Indicatie voor ECST werd gesteld bij mediane buikwanddefecten van ≤12cm gemeten op pre-operatieve CT-abdomen en niet eerdere subcutane dissectie. Een stoma, opheffen van een stoma of recidief hernia cicactricalis waren geen contra-indicatie. Follow-up werd verkregen uit policontroles 1-2 weken na ontslag, 3 maanden na ontslag en vervolgens om de 6 maanden.

Zestien patiënten (9 man, 7 vrouw) met een mediane leeftijd van 62 jaar [range 46-77] ondergingen ECST met een mediaan breukdefect van 94 cm2 [range 22-216]. Dertien patiënten hadden een ASA classificatie van 2 (ASA-1 (n=1), ASA-3 (n=2)). Bij 13 patiënten werd een intra-abdominale mesh geplaatst (Ventralight ST mesh, Bard). Bij 3 patiënten werd een geïnfecteerde mesh verwijderd en derhalve een ECST verricht zonder mesh. Bij 2 patiënten vond gelijktijdig opheffing van een enterostomie plaats. Bij 11 patiënten kon het defect worden gesloten na bilaterale ECST, bij vier patiënten na unilaterale ECST en bij één patiënt na een gelijktijdige open CST links en ECST rechts vanwege een defect van 16 cm doorsnede. Bij alle 16 patiënten was sluiten van de fascie mogelijk. Mediane operatieduur bedroeg 105 minuten [range 69-239]. De mediane opname duur was 5 dagen [range 3-15]. Vier patiënten (24%) hadden binnen 30 dagen postoperatief een wondcomplicatie (seroom (n=1), wondabces (n=3)). Één patiënt ontwikkelde vanwege een doorgeschoten INR een subcutane bloeding. De gemiddelde follow-up duur was 6 maanden (SD 2-10). Twee patiënten (12%) ontwikkelde na 6 en 7 maanden een recidief hernia cicatricalis, bij beide patiënten was géén mesh geplaatst in verband met eerder infectie van de mesh.

Conclusie: De eerste ervaringen van endoscopisch geassisteerde Ramirez plastiek laten zien dat sluiten van defecten tot 12 cm haalbaar zijn met een wondcomplicatie percentage van 24% en een recidief percentage van 12%.