Is Cancer Surgery getting Safer?
Berge, M.G. ten, Ho, V., Visser, O., Tollenaar, R.A.E.M., Wouters, M.W.J.M., Dikken, J.L.
Voorzitter(s): E.C.T.H. Tan, chirurg, Radboudumc, Nijmegen & M. van Heijl, AIOS Heelkunde, Diakonessenhuis, Utrecht
Locatie(s): Zaal 80/81
Categorie(ën):
Verbetering van patiëntveiligheid en kwaliteit van de door chirurgen verleende zorg staan hoog op de agenda van de NVvH en maatschappelijk organisaties zoals de Inspectie, zorgverzekeraars en patiëntenverenigingen. Vooral de morbiditeit en mortaliteit waarmee laagvolume hoog-risico oncologische ingrepen gepaard gaan hebben de laatste jaren het debat beheerst en verschillen in uitkomsten van zorg tussen hoog- en laagvolume ziekenhuizen zijn breed beschreven in de literatuur. In veel Westerse landen, waaronder Nederland, heeft dit geleid tot maatregelen die beogen de morbiditeit en mortaliteit na hoog-risico ingrepen te verminderen, zoals centraliseren van deze ingrepen in gespecialiseerde centra, kwaliteitsregistratie en andere maatregelen die de patiëntveiligheid verhogen.
De vraag is of er ook daadwerkelijk een daling van de mortaliteit na hoog-risico oncologische ingrepen heeft plaatsgevonden, of dit geldt voor het gehele pallet van oncologische hoog-risico ingrepen en in welke mate dit effect is toe te schrijven aan een toename van ziekenhuisvolumina.Patiënten met oesophagus-, maag-, pancreatoduodenale-, colon-, rectum-, long-, nier en blaascarcinomen geregistreerd in de Nederlandse Kanker Registratie in de periode 1993 t/m 2012 werden geselecteerd. De resectiepercentages en de 30-dagen, 90-dagen en 1 jaar postoperatieve operatie sterfte werden gecorrigeerd voor patiënt-, tumorkarakteristieken en het gebruik van aanvullende therapieën door middel van regressie- en multivariate analyse.
Een totaal van 544.530 patiënten geopereerd in de periode 1992 tot 2011 werd geïncludeerd in de studie, waarvan 265.520 patiënten een chirurgische resectie ondergingen. Over deze onderzoeksperiode nam de incidentie van alle tumorsoorten toe, behalve van de maagcarcinomen. De toename ging gepaard met een afname van de resectieratio's bij alle tumoren, behoudens oesophagus- en pancreascarcinoom. Daarnaast is in het laatste decennium een sterke trend tot centralisatie van maag-, oesophagus-, pancreas- en longchirurgie zichtbaar, echter uitblijvend bij de andere tumorsoorten. Bij alle type carcinomen werd een daling gezien van de 30- en 90- dagen en 1-jaars mortaliteit. De sterkste dalingen zijn zichtbaar bij de maag- en colonchirurgie van respectievelijk 13% naar 8,1%, 9% naar 6 % bij 90-dagen mortaliteit. Bij de pancreaschirurgie is een duidelijke daling te zien van de 30-dagen en 90-dagen mortaliteit vanaf 2004, de periode waarin er sterke centralisatie plaatsvond.
Conclusie
De 30- en 90-dagen postoperatieve mortaliteit na laagvolume hoog-risico oncologische ingrepen is de afgelopen 20 jaar sterk verbeterd. Deze studie suggereert dat het kwaliteitsbeleid van de NVvH effectief is in het verbeteren van uitkomsten van zorg door concentratie van laagvolume ingrepen (maag- en pancreaschirurgie) en de introductie van clinical auditing voor hoog-volume colonresecties.
- Over Berge, M.G. ten
- Over Ho, V.
- Over Visser, O.
- Over Tollenaar, R.A.E.M.
- Over Wouters, M.W.J.M.
- Over Dikken, J.L.